Nachtmerries.
In dromen verwerkt het kind de indrukken die het overdag heeft opgedaan. Dromen kunnen hierdoor signalen geven over het gevoelsleven van het kind. In dromen kunnen dus ook de angsten of frustraties van een kind naar buiten komen. Er is dan sprake van nachtmerries. Zo af en toe een nachtmerrie is geen reden tot zorgen. Ieder kind heeft wel eens tegenslagen of angsten, dit hoort ook bij de ontwikkeling. Er hoeft dan ook niets gedaan te worden.
Er kunnen een aantal dingen zijn waardoor een nachtmerrie komt. Zo kan een erg drukke dag voor nachtmerries zorgen, net als vermoeidheid en te weinig slaap. Maar ook koorts, ziekte, te veel/ te laat eten of het gebruik van medicijnen kan een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van nachtmerries. Ook kunnen nachtmerries voortkomen uit het slapen op de rug of slapen in een te warme kamer of bed.Daarnaast kunnen emotionele problemen zorgen voor nachtmerries. In de nachtmerrie wordt een nare gebeurtenis dan verwerkt.
Ook al hoeft een nachtmerrie niet meteen te betekenen dat er iets aan de hand is, een kind kan wel last van de nachtmerries hebben en dan is het goed het kind hulp te bieden. Een kind met nachtmerries kan geholpen worden door samen met het kind dingen te bedenken waardoor de dromen weg blijven. Bijvoorbeeld 's avonds voor het slapen gaan samen alle boze dromen wegblazen of een dromenvanger (van alles kan hiervoor doorgaan) ophangen waar alle nare dromen in blijven hangen. Kinderen hebben vaak ook veel steun van een beer ter beschermen tegen de nare dromen. Het mooiste is wanneer het kind zelf iets verzint om zich te beschermen tegen de dromen, omdat het kind er juist dan in zal geloven. Door gebruik te maken van de eigen fantasie van het kind kan de angst weggenomen worden die voortkomt uit de eigen fantasie van het kind.
Dus er zijn veel manieren waarop jij een/je kind kan helpen om zijn/haar nachtmerrie kwijt te raken.
dinsdag 8 januari 2008
maandag 7 januari 2008
Slechte eters.
Slechte eters
Kinderen kunnen weinig eten omdat ze weinig trek hebben, iets niet lekker vinden of omdat ze moe, opgewonden, opstandig of teleurgesteld zijn. Bij ‘slechte eters’ is het allereerst goed te beseffen dat niet ieder kind precies hetzelfde nodig heeft. Je moet het kind dus nooit zomaar met een ander kind vergelijken. Het kan ook zijn dat het kind op sommige dagen meer nodig heeft dan op andere dagen. Het groeit dan bijvoorbeeld wat sneller of het is veel beweeglijker. Op zulke dagen heeft het natuurlijk meer nodig dan op 'rustige' dagen.
Vaak krijgt een kind meer binnen dan ouders denken. Als u zich zorgen maakt, ga dan eens goed na wat het kind allemaal binnen krijgt en vergelijk dat met de aanbevolen hoeveelheden. Een kind dat goed groeit, er goed uitziet en levendig is, krijgt genoeg.
Tips bij een kind dat slecht eet:
-Laat het kind tussendoor niet veel eten of drinken. Mogelijk heeft het daardoor aan tafel weinig trek meer.
-Geef om dezelfde reden niet vlak voor de warme maaltijd nog iets te drinken, zoals sap, yoghurtdrank of (chocolade)melk.
-Probeer scènes aan tafel te voorkomen. Samen eten moet juist lekker en gezellig zijn. Een zekere soepelheid van de kok doet wonderen. Misschien lust een kind dat gruwt van spinazie het wel als het rauw door de aardappelpuree is gestampt.
-Een klein schepje laten proberen, helpt kinderen te wennen aan allerlei smaken.
Lust het kind iets niet meteen, probeer het dan een andere keer nog eens en herhaal dat zonodig:
-uiteindelijk gaat het er vaak wel in en moet het kind vooral wennen aan het nieuwe product. Is het zo dat een kind alleen maar opstandig is, dan kan enige aandrang helpen en zal het uiteindelijk vaak wel van de maaltijd genieten.
-U kunt uw kind ook laten kiezen wat het wil eten.
-Houdt uw kind niet van groente? Varieer met groenten: ongetwijfeld zijn er groenten die uw kind wel lust.
-Een enkele keer een derde broodmaaltijd of pannenkoeken in plaats van warm eten is geen probleem, maar liever niet te vaak.
-Laat het kind meehelpen in de keuken. Op die manier krijgt het meer belangstelling voor de maaltijd.
-Dwing het kind niet tot eten.
-Schep maar hele kleine beetjes op. Als het kind meer wil, vraagt het er wel om.
-Geef niet te zware en te vette voedingsmiddelen.
-Zorg voor een rustige omgeving tijdens het eten, zodat het kind niet afgeleid wordt.
Speciaal voor slecht etende peuters:
Een peuter ontdekt op een gegeven moment dat hij ook 'nee' kan zeggen. Dat wordt natuurlijk uitgeprobeerd als het om eten gaat. De ouder moet dan de wijste zijn en er geen al te groot probleem van maken. U bepaalt natuurlijk zelf waar de grens ligt.
Een tijdje wat vroeger eten is een oplossing voor een peuter die te moe is om te eten.
Sommige peuters willen al heel vroeg het liefst zelf eten. Geef die mogelijkheid, ook al wordt het een knoeiboel: het zal snel beter gaan.
Kinderen kunnen weinig eten omdat ze weinig trek hebben, iets niet lekker vinden of omdat ze moe, opgewonden, opstandig of teleurgesteld zijn. Bij ‘slechte eters’ is het allereerst goed te beseffen dat niet ieder kind precies hetzelfde nodig heeft. Je moet het kind dus nooit zomaar met een ander kind vergelijken. Het kan ook zijn dat het kind op sommige dagen meer nodig heeft dan op andere dagen. Het groeit dan bijvoorbeeld wat sneller of het is veel beweeglijker. Op zulke dagen heeft het natuurlijk meer nodig dan op 'rustige' dagen.
Vaak krijgt een kind meer binnen dan ouders denken. Als u zich zorgen maakt, ga dan eens goed na wat het kind allemaal binnen krijgt en vergelijk dat met de aanbevolen hoeveelheden. Een kind dat goed groeit, er goed uitziet en levendig is, krijgt genoeg.
Tips bij een kind dat slecht eet:
-Laat het kind tussendoor niet veel eten of drinken. Mogelijk heeft het daardoor aan tafel weinig trek meer.
-Geef om dezelfde reden niet vlak voor de warme maaltijd nog iets te drinken, zoals sap, yoghurtdrank of (chocolade)melk.
-Probeer scènes aan tafel te voorkomen. Samen eten moet juist lekker en gezellig zijn. Een zekere soepelheid van de kok doet wonderen. Misschien lust een kind dat gruwt van spinazie het wel als het rauw door de aardappelpuree is gestampt.
-Een klein schepje laten proberen, helpt kinderen te wennen aan allerlei smaken.
Lust het kind iets niet meteen, probeer het dan een andere keer nog eens en herhaal dat zonodig:
-uiteindelijk gaat het er vaak wel in en moet het kind vooral wennen aan het nieuwe product. Is het zo dat een kind alleen maar opstandig is, dan kan enige aandrang helpen en zal het uiteindelijk vaak wel van de maaltijd genieten.
-U kunt uw kind ook laten kiezen wat het wil eten.
-Houdt uw kind niet van groente? Varieer met groenten: ongetwijfeld zijn er groenten die uw kind wel lust.
-Een enkele keer een derde broodmaaltijd of pannenkoeken in plaats van warm eten is geen probleem, maar liever niet te vaak.
-Laat het kind meehelpen in de keuken. Op die manier krijgt het meer belangstelling voor de maaltijd.
-Dwing het kind niet tot eten.
-Schep maar hele kleine beetjes op. Als het kind meer wil, vraagt het er wel om.
-Geef niet te zware en te vette voedingsmiddelen.
-Zorg voor een rustige omgeving tijdens het eten, zodat het kind niet afgeleid wordt.
Speciaal voor slecht etende peuters:
Een peuter ontdekt op een gegeven moment dat hij ook 'nee' kan zeggen. Dat wordt natuurlijk uitgeprobeerd als het om eten gaat. De ouder moet dan de wijste zijn en er geen al te groot probleem van maken. U bepaalt natuurlijk zelf waar de grens ligt.
Een tijdje wat vroeger eten is een oplossing voor een peuter die te moe is om te eten.
Sommige peuters willen al heel vroeg het liefst zelf eten. Geef die mogelijkheid, ook al wordt het een knoeiboel: het zal snel beter gaan.
Abonneren op:
Posts (Atom)
